Ga naar de inhoud van deze pagina.
Logo van Arnhem

Begroting 2018

  • Opgaven
  • Wijken
  • Stad
    • Ontwikkelingen in het financieel kader
    • Mutaties Meicirculaire
      • Financiële begroting
      • Overzicht baten en lasten per programma
      • Overzicht geraamde incidentele baten en lasten
      • Financiële staten
      • Overzicht van geraamde baten en lasten per taakveld
      • Stresstest: financiële status en weerbaarheid
      • Lokale heffingen
      • Weerstandsvermogen en risicobeheersing
      • Onderhoud kapitaalgoederen
      • Financiering
      • Bedrijfsvoering
      • Verbonden partijen
      • Grondbeleid
      • Investeringen
      • Subsidies
    • Overig programmaplan
    • Totaaloverzicht bezuinigingen
    • Portefeuilleverdeling
    • Overzicht Lokale heffingen
    • Verplichte prestatie-indicatoren BBV
  • Home
  • Financiën
  • Paragrafen
  • Financiering

Financiering

De gemeentelijke financieringsfunctie voorziet in de vermogensbehoefte van de gemeente. Hieronder valt het aantrekken van geldleningen en het uitzetten van overtollige geldmiddelen, maar ook het beheersen van de financiële risico’s. Doel is ervoor te zorgen dat er altijd voldoende geld is om aan de verplichtingen te kunnen voldoen, zoals het betalen van uitkeringen, maar ook het doen van investeringen in de stad.

Selecteer een alinea

  • Paragraaf Financiering

    Alinea Inleiding

    Voor de financieringsfunctie worden de missie en de doelstellingen beschreven in het Treasurystatuut gemeente Arnhem. In dit statuut wordt ingegaan op de kaderstelling van de werkorganisatie (taken, bevoegdheden, verantwoordelijkheden, mandatering) en op het instrumentarium om de doelstellingen te realiseren.

    Deze paragraaf richt zich op de uitwerking van het Treasurystatuut naar de begroting voor 2018 en te hanteren normeringen. Hierbij komen de onderstaande onderwerpen aan de orde:

    • Risicomanagement financiering;
    • Financieringsvolume (incl. delegatie / mandatering);
    • Kasgeldlimiet;
    • Renterisiconorm;
    • Overige risico’s.
  • Paragraaf Financiering

    Alinea Risicomanagement financiering

    Voor wat betreft de financiering wordt onderscheid gemaakt tussen:

    • eigen gemeentelijke financieringsbehoefte;
    • financiering van de sociale woningbouw;
    • financiering van aan de gemeente gelieerde instellingen.

    Daarnaast wordt ingegaan op Arnhem en de wereldeconomie.

    Eigen gemeentelijke financieringsbehoefte

    Bij de eigen gemeentelijke financieringsbehoefte gaat het om de financiering van de investeringen van de gemeente Arnhem, de exploitatie van lasten en baten en de Stadsbank. Bij de investeringen moet naast de reguliere financieringen van de gemeentelijke taken worden gedacht aan grote stedelijke projecten, zoals Arnhem Centraal, stadsvernieuwing in de binnenstad, grondexploitatie en onderhoud in de infrastructurele sfeer. Als ‘inkoop’ van geld (de funding) wordt gebruik gemaakt van de volgende financieringsmiddelen (stand per 31 december 2018):

    • de kapitaalmarkt voor langlopende financieringsmiddelen: € 710 miljoen. Het betreft hier dus de leningenportefeuille opgenomen gelden (O/G);
    • de geldmarkt voor kortlopende financiering (< 1 jaar). Naar verwachting zal de financiering met kasgeld per 31 december 2018 € 46,4 miljoen bedragen. Arnhem blijft daarmee ruim binnen de kasgeldlimiet;
    • de binnen Arnhem beschikbare reserves en voorzieningen met een volume van € 127 miljoen.

    Binnen de gemeente wordt voor de financiering een omslagrente van 2% in rekening gebracht bij de investeringen en de projecten.

    De portefeuille door de financieringsfunctie uitgezette gelden (U/G), heeft per 31 december 2018 een volume van €49 miljoen. Het betreft hier leningen aan instellingen en verzelfstandigde organisatie-onderdelen.

    Financiering van de sociale woningbouw

    • Voor de financiering van de woningbouw wordt door de corporaties nadrukkelijk gekeken naar het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW), waarmee de gemeente Arnhem een achtervangovereenkomst heeft gesloten. Dit landelijke fonds fungeert als waarborg ten aanzien van risico’s van wanbetaling en vervult daarmee de garantstellende rol die gemeenten van oudsher hadden;
    • Het bestaan van het WSW samen met ontwikkelingen op het gebied van schaalvergroting en regionalisering van de woningcorporaties verklaart waarom de rol van de gemeente op het terrein van de financiering van woningbouw de afgelopen jaren kleiner is geworden en nu bijna uitgespeeld is. In 2018 heeft de gemeente nog maar één lening van € 11.000 aan de woningcorporatie Omnia Wonen op de balans.

    Financiering van aan de gemeente gelieerde instellingen

    • Bij de financiering van aan de gemeente gelieerde instellingen gaat het om activiteiten die nauw grenzen aan het beleid van de gemeente Arnhem. Het gaat hier vooral om instellingen in de sectoren zorg, sport en cultuur. Ook bij deze financiering wordt de laatste jaren een terughoudend beleid gevoerd;
    • Bij de directe (eigen) financiering van de activiteiten van de instellingen heeft de gemeente Arnhem een gericht toezicht op het reilen en zeilen van de betreffende instellingen. Door aan de te verstrekken leningen waarborgen te verbinden kan bij calamiteiten direct worden gereageerd (voorbeeld: executie bij recht van eerste hypotheek);
    • Tevens bestaan er bij de sectoren zorg en sport waarborgfondsen. Met borgstelling door deze waarborgfondsen kunnen instellingen bij banken een lagere rente bedingen en hoeft de gemeente zelf geen lening te verstrekken. Het waarborgfonds voor de sport (SWS) garandeert maximaal de helft van de lening en eist een garantie van de gemeente voor het resterende deel van de lening;
    • De economie trekt aan, maar niet op alle fronten in een gelijk tempo. Daardoor blijft het mogelijk dat een instelling, die langer geconfronteerd wordt met de gevolgen van de achter ons liggende recessie, (eerder) in moeilijkheden komt en bij de gemeente aan moet kloppen voor ondersteuning. Dat risico wordt substantieel verkleind door de garanties van de waarborgfondsen.

    Arnhem en de wereldeconomie

    • De kredietcrisis en de daarop volgende economische recessie hebben ertoe geleid dat de gemeente na een aanvankelijke stijging is geconfronteerd met een gestaag dalende rente. In de sfeer van de financiering heeft de recessie daarmee voor de gemeente voordelen opgeleverd;
    • Nederland en Europa hebben de recessie achter zich gelaten en de economie herstelt zich. Bij een doorzettend herstel van de economie hoort een stijging van de rente en die is ook waar te nemen, zij het voorzichtig. In 2017 heeft de rente een lichte stijging te zien gegeven en verwacht wordt dat deze stijging doorzet in 2018 en verdere jaren. Verwacht wordt dat na het beëindigen van de opkoopprogramma's van de ECB en de FED in de VS de rente sneller zal gaan stijgen. Maar voorlopig beweegt de rente zich nog steeds op een laag niveau en houdt de gemeente de mogelijkheid om zich goedkoop te financieren.
  • Paragraaf Financiering

    Alinea Financieringsvolume (delegatie/mandaat)

    Bij het vaststellen van de MJPB neemt de gemeenteraad een besluit over de omvang van de gemeentelijke activiteiten en daarmee over het financieringsvolume. Afgezien van de eigen middelen in reserves en voorzieningen wordt in de financieringsbehoefte voorzien door middel van leningen voor de lange termijn (vaste financiering) en voor de korte termijn (vlottende financiering).

    Lange termijn financiering (vaste financiering)

    Zoals reeds toegelicht gaat het hier om de benodigde geldmiddelen voor de eigen gemeentelijke investeringen en projecten; de financiering van sociale woningbouw en de verstrekking van geldleningen aan instellingen, gelieerd aan het beleid van de gemeente Arnhem.

    Korte termijn financiering (vlottende financiering)

    • Bij de kortlopende financiering gaat het om de financiering van de lopende activiteiten en werkzaamheden van de gemeente. Hiervoor wordt geld geleend of (in geval van een tijdelijk overschot) uitgezet voor een periode van maximaal een jaar. Als een extra zekerheid, bijvoorbeeld voor het opvangen van onverwachte fluctuaties in de behoefte aan kasgeld, is een arrangement afgesloten met de Bank Nederlandse Gemeenten waarbij tot een maximaal volume ter hoogte van de kasgeldlimiet uit de wet FIDO (Wet Financiering Decentrale Overheden) tegen een lage rente kasgeld kan worden geleend. Het staat de gemeente vrij om los van dit arrangement zelf kortlopende middelen aan te trekken;
    • In voorkomende situaties zal een deel van de opgenomen kas-/callgelden (O/G) worden omgezet in langlopende financiering, de zogenoemde consolidatie. Een en ander past binnen de regels, zoals vastgelegd in het treasurystatuut.

    Financieringsbehoefte per 31 december 2018

    Het totaalvolume van de benodigde financieringen bedraagt € 889,8 miljoen (kort- en langlopend). Vanuit de volumes van de reserves en voorzieningen en vanuit de bestaande leningenportefeuilles voor de vaste financiering is een bedrag van € 843,4 miljoen beschikbaar. Tevens is vanuit de vlottende financiering (het kasgeld) een bedrag van maximaal € 60,8 miljoen als dekking in te zetten, waarvan in 2018 voor € 46,4 miljoen gebruik gemaakt zal worden. Dit betreft kortlopende leningen en het arrangement met de Bank Nederlandse Gemeenten. Totaal aan financieringsmiddelen is de gevraagde € 889,8 miljoen dus beschikbaar.
    De financieringsfunctie is hiermee in staat om voldoende middelen beschikbaar te stellen voor dekking van de reeds gepleegde investeringen, de kosten in de grondexploitatie en voor de in 2018 begrote investeringen.

    Onderstaand schema geeft inzicht in de benodigde geldmiddelen en de manier waarop een en ander kan worden gefinancierd (funding).

    Benodigd voor

    Bedrag

    Financiering middels

    Bedrag

    Bedragen x € 1.000

    Activa gemeente Arnhem en grondexploitatie

    810.679

    Reserves en voorzieningen

    127.048

    Uitgezette gelden aan gelieerde instellingen en woningcorporaties

    49.285

    Opgenomen gelden in de kapitaalmarkt (leningen o/g)

    710.359

    (kapitaalverstrekking en leningen u/g)

    Obligo's en waarborgsommen

    6.000

    Overige uitgezette middelen (o.a. Stadsbank en bijdragen aan activa van derden)

    29.795

    Rekening courant B.N.G. en kasgeldleningen

    46.352

    Totaal Resultaat

    889.759

    Totaal Resultaat

    889.759

    Leningenportefeuille 2018

    Onderstaand schema geeft inzicht in de samenstelling van de volumes in het jaar 2018 van de huidige leningenportefeuille van de financieringsfunctie. Het betreft leningen opgenomen gelden (O/G) en leningen uitgezette gelden (U/G).

    Leningen portefeuille

    Stand

    Stand

    01.01.2018

    Opname

    Aflossing

    31.12.2018

    Bedragen x € 1.000

    Leningen O/G

    Leningen portefeuille

    607.930

    79.647

    -42.279

    645.298

    Nog aan te trekken financiering in 2017

    65.051

    65.051

    Leningen t.b.v. woningcorporaties

    11

    -1

    10

    Totaal leningen O/G

    672.992

    79.647

    -42.280

    710.359

    Leningen U/G

    Vaste leningen uitstaand

    54.279

    -5.004

    49.275

    Woningcorporaties

    11

    -1

    10

    Totaal leningen U/G

    54.290

    0

    -5.005

    49.285

    Rentevisie

    • In de afgelopen jaren heeft de gemeente de gemiddelde looptijd van de aangetrokken leningen teruggebracht van 10 jaren naar 6 jaar door middel van het afsluiten van leningen met kortere looptijden. Als gevolg daarvan is de gemiddeld over de leningenportefeuille te betalen rente gedaald naar onder de 4%, de omslagrente die gold tot en met 2017;
    • In recente jaren is als gevolg van de lage rentestand de gemiddeld te betalen rente voor de gemeente nog verder gedaald. Deze ligt nu rond de 2,2 %. Als gevolg van gewijzigde wetgeving in het BBV is de gemeente niet meer vrij in het bepalen van de intern in rekening te brengen omslagrente, maar moet binnen marges de gemiddelde marktrente worden gevolgd. Een omslagrente van 4% is ingaande 2018 niet meer toegestaan. Deze zal in Arnhem 2 % gaan bedragen. Als resultaat van de wijziging van de regelgeving is met ingang van deze MJPB het begrote renteresultaat veel kleiner dan waarmee is gerekend tot met 2017. De in MJPB 2017 - 2020 gepresenteerde berekening met dotaties van het renteresultaat aan de bestemmingsreserve kapitaallasten is hiermee niet meer actueel. De voorheen begrote voordelen komen in de vorm van lagere kapitaallasten in de programma's zelf terecht;
    • Om meerjarig gebruik te blijven maken van de lage marktrente èn om de omslagrente stabiel en meerdere jaren constant te kunnen houden kiest de gemeente ervoor om nu en in de komende jaren leningen met lange looptijden aan te trekken waarvan de rente nog steeds laag is (onder de 2 %) en waardoor de omslagrente onveranderd kan blijven. Hiermee is ruimte gecreëerd om in toekomstige jaren - wanneer de rente voor nieuwe leningen mogelijk weer op een hoger niveau terecht zal komen - met behulp van leningen met kortere looptijden toch een lage gemiddelde rente te realiseren waardoor de omslagrente niet verhoogd hoeft te worden;
    • Als gevolg van de renterisiconorm (zie hieronder) is een gemiddelde looptijd van korter dan ongeveer vijf jaar (met een bijbehorende nog lagere rente) voor de gemeente niet toegestaan. De gemeente zou dan in een jaar meer leningen moeten herfinancieren dan is toegestaan.

    Mandaat (voor nieuw aan te trekken financieringsmiddelen)

    Met het vaststellen van deze MJPB 2018 – 2021 inclusief de paragraaf Financiering mandateert de gemeenteraad het college om voor de financieringsbehoefte per onderscheiden categorie in 2018 leningen aan te gaan tot de volgende maximumtotalen in de volgende tabel.

    Maximaal toegestane leningen 2018

    Maximaal

    Bedragen x € 1.000

    Eigen gemeentelijke financieringsbehoefte

    250.000

    Financieringsbehoefte sociale woningbouw

    100.000

    Financieringsbehoefte aan gemeente gelieerde inst.

    50.000

  • Paragraaf Financiering

    Alinea Kasgeldlimiet

    • De Wet FIDO geeft concrete richtlijnen voor gemeenten voor het beheersen van het renterisico in verband met de korte termijn financiering. De kasgeldlimiet is een wettelijk maximum (plafond) voor het volume geldleningen in de vorm van zogenaamde call- en kasgeldtransacties;
    • De bovengrens is bij ministeriële regeling voor het jaar 2018 vastgesteld op 8,5 % van het lastentotaal van de gemeentelijke begroting. De begroting van de gemeente Arnhem voor het jaar 2018 heeft een omvang van € 715,9 miljoen en daarmee komt de kasgeldlimiet uit op € 60,8 miljoen;
    • De gemeente Arnhem stuurt erop onder de kasgeldlimiet te blijven en deze niet te overschrijden.
  • Paragraaf Financiering

    Alinea Renterisiconorm

    • Het renterisico betreft het risico dat de begroting van de gemeente geconfronteerd wordt met een verzwaring van de rentelasten als gevolg van herfinancieringen van bestaande activa of van herziening van rente van bestaande leningen;
    • Het doel van de renterisiconorm is om dit risico te beperken tot een handelbaar niveau. Bij een goed (gelijkmatig) opgebouwde leningenportefeuille blijft het renterisico binnen verantwoorde marges en zullen de renteaanpassingen zich geleidelijk voordoen en binnen de begroting opgevangen kunnen worden;
    • In de Wet FIDO is vastgelegd dat jaarlijks een volume ter grootte van 20 % van het lastentotaal van de gemeentelijke begroting (peildatum 1 januari) mag worden geherfinancierd of een renteherziening mag ondergaan. Omdat de gemeente voor de eigen financiering geen leningen heeft aangetrokken waarvan periodiek de rente wordt herzien, heeft voor Arnhem de renterisiconorm alleen betrekking op herfinanciering van aflopende leningen. In Arnhem ligt de omvang van de totale leningenportefeuille (€ 710,3 miljoen) bijna op het lastentotaal van de begroting (€ 715,9 miljoen), wat betekent dat jaarlijks ongeveer 20 % van de leningenportefeuille mag worden geherfinancierd. Dat betekent weer dat de gemiddelde looptijd van de aangetrokken leningen niet korter mag zijn dan ongeveer vijf jaar;
    • Voor het jaar 2018 komt de prognose van het renterisico uit op 5,9 %. (vergelijk: JV2016 3,5 %).
  • Paragraaf Financiering

    Alinea Schatkistbankieren

    • Sinds het najaar van 2013 kennen gemeenten en andere decentrale overheden verplicht schatkistbankieren. Decentrale overheden dienen banktegoeden, die een vooraf bepaalde drempelwaarde te boven gaan, af te storten naar een rekening-courant bij het ministerie van Financiën. Voor de gemeente Arnhem bedraagt de drempelwaarde in 2018 € 4,18 miljoen;
    • Omdat inkomende en uitgaande kasstromen niet op elkaar zijn afgestemd, kunnen hoge positieve of negatieve kassaldi ontstaan.Om enigszins ruimte te bieden voor zulke bewegingen moet het gemiddelde van de banksaldi van de gemeente in een kwartaal worden afgezet tegen deze drempelwaarde. Het banksaldo hoeft niet continu beneden de drempelwaarde te blijven. Een banksaldo boven de drempelwaarde kan binnen het kwartaal worden gecompenseerd met banksaldi, die lager zijn dan de drempelwaarde;
    • Om de drempelwaarde niet te overschrijden wordt in 2018 beperkt gebankierd bij de schatkist;
    • Bij de controle van de jaarrekening neemt de accountant de verplichting tot schatkistbankieren mee.
  • Paragraaf Financiering

    Alinea Overige risico's

    Gezien de samenstelling van de gemeentelijke leningenportefeuille en de kaderstelling vanuit de wet en het Treasurystatuut (leningen worden alleen afgesloten in euro’s) is binnen de gemeente Arnhem geen sprake van valutarisico en/of koersrisico.

Zoeken